Onderhoudsplicht voor kinderen
Het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat ouders, stiefouders en diegenen die gezag uitoefenen over een kind, verplicht zijn om de kosten van opvoeding en verzorging van dat kind voor hun rekening te nemen. De kosten van opvoeding en verzorging bestaan naast de kosten van huisvesting en eten/drinken bijvoorbeeld ook uit de kosten voor kleding/schoenen, lidmaatschap van verenigingen en kosten voor school/studie. Voor het vaststellen van de hoogte van de kosten van een kind zijn de leeftijd van het kind, het aantal kinderen in het huishouden en het inkomen van de ouders bepalend.

Hoe worden de kosten van een kind betaald?
Kinderalimentatie
Indien een kind zijn hoofdverblijf na echtscheiding bij één van beide ouders krijgt, wordt doorgaans een bedrag aan kinderalimentatie afgesproken dat door de andere ouder maandelijks wordt betaald als bijdrage in de kosten van het kind. In het bedrag van kinderalimentatie zitten bijvoorbeeld de kosten van kleding, schoolgeld, sportclubs en medische behandelingen begrepen. Indien de ouder die de kinderalimentatie betaalt, alsnog uitgaven doet voor kleding etc. kunnen deze niet zonder meer worden gedeclareerd of in mindering worden gebracht op de alimentatie.

De kinderalimentatie geldt tot het 18e jaar. Vanaf 18 jaar is een kind meerderjarig. Dit betekent dat een kind niet langer onder gezag van de ouders staat. Er geldt echter volgens de wet nog wél een onderhoudsplicht voor ouders naar hun jongmeerderjarige kinderen van 18 tot 21 jaar. Ouders zijn in deze jaren verplicht te voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie van hun kinderen. In de praktijk betekent dit in veel gevallen dat de kinderalimentatie doorloopt tot het 21e jaar van het kind.

Gezamenlijke rekening:
In het geval ouders ná echtscheiding kiezen voor een co-ouderschapregeling en dus in gelijke mate de zorg voor een kind voor hun rekening blijven nemen, wordt er veelal voor gekozen om een gezamenlijke bankrekening aan te houden ten behoeve van de kosten van het kind. Op deze rekening wordt dan door beide ouders gestort, rekening houdend met de hoogte van hun inkomens. De kosten die in redelijkheid voor opvoeding en verzorging van een kind worden gemaakt kunnen dan van deze rekening worden betaald. Het aanhouden van een gezamenlijke rekening maakt het mogelijk dat beide ouders financiële zaken voor een kind kunnen regelen, iets dat vaak wenselijk is bij een co-ouderschapregeling.